De meeste improspelers hebben vele helden. En als je eenmaal begint met het benoemen van die helden, kun je bijna niet meer ophouden. Namen blijven maar door scrollen als de eindeloze aftiteling bij een blockbuster film. Mensen die veel voor je betekend hebben, geïnspireerd hebben, dingen geleerd hebben, die je over drempels hebben geholpen, anders naar je eigen improconcepten hebben doen kijken, die je als speler mateloos bewondert, die je als eersten de liefde voor impro hebben bijgebracht, auteurs van briljante boeken… Het zijn er zó veel, dat je er altijd een paar zult vergeten. Dat onrecht wil ik die helden niet aandoen. Daarom beperk ik me tot één heldin. Die ik nu ga ophemelen tot het glazuur van je tanden spat. Omdat zij, denk ik, vrijwel al het goede van al mijn helden, in één persoon lijkt te combineren: Patti Stiles.
Patti Stiles is een rechtstreekse discipel van Keith Johnstone. En heeft heel heldere ideeën over impro waar we in Nederland nog veel te weinig mee doen. Daarnaast is ze een van de meest open persoonlijkheden die je ooit zult tegenkomen. Grote, open ogen, dito lach, en ongelofelijk geïnteresseerd in iedereen. Echter zonder een spoortje naïviteit. En ze is één van de weinige speelsters die tegelijkertijd werkelijk risico durft te nemen, voor haar medespelers zorgt, volkomen open staat en alles binnen laat komen, en haar hele warme persoonlijkheid als actrice (niet noodzakelijk als personage) op het podium meeneemt. Een wonder van warmte, techniek, lef, subtitliteit, het zich laten overkomen, subtiel bijsturen, goed acteren, kortom, alles wat je in een improspeler wilt zien.
Geheim stralend middelpunt
Heb ik haar dan zo vaak zien spelen? Nee. Eén keer, om precies te zijn. Statistici zullen mij er terecht op wijzen over het feit dat die steekproef wellicht wat aan de kleine kant is. Maar toch. In een niet zo beste voorstelling in een heet zaaltje op Corfu, vorig jaar. Er speelde een interne, veel te jolige, voorstelling vol “power-impro”, waardoor een aantal spelers zichtbaar ongelukkig was en de anderen vooral door grappen probeerden nog iets van het verhaal te maken, met als gevolg dat er juist steeds minder verhaal ontstond. De spelers waren stuk voor stuk zeer ervaren en goede spelers en docenten, maar het was precies het soort voorstelling waarvan ik steeds vaker denk “gaat nergens over, hebben we al gezien, wat een paniek onder al die vrolijkheid”. Ik bleef echter gefascineerd naar Patti kijken. Daar stond zij, zowel aan de kant als op het toneel, als een soort geheim stralend middelpunt, alles waar we net vier dagen les over hadden gehad, moeiteloos in de praktijk brengend. Ze genoot van alles en iedereen om haar heen, ze hielp met een krachtig personage iedereen en de voorstelling toch nog vooruit, en schuwde ondertussen de subtiliteit niet, die het publiek wel, maar de medespelers vaak niet oppikten. Zij weigerde te oordelen zoals ik dat zelf veel te vaak doe. Ze ziet overal het goede van in, ook van prut-impro. Precies dat wat ik had “hergeleerd” in die vier dagen Corfu-masterclass: terug naar het begin, terug naar de verwondering, het opnieuw alles laten overkomen, al heb je het al 100x meegemaakt, terug naar het niet goed willen zijn. Daar gaf ze het best mogelijke praktijkvoorbeeld van. Haar aanwezigheid is wat die hele voorstelling voor mij onvergetelijk maakte.
JA!!! en alleen maar JA!!!
Niet dat ze niet kritisch is, als het om de kwaliteit van impro gaat. Ze heeft zeer uitgesproken ideeën, die ze overigens stuk voor stuk aan Keith Johnstone toedicht. Een paar jaar eerder, in Nederland al, opende ze gedurende een ’teach the teacher’ mijn ogen met diverse boude uitspraken. Dat het improdogma “ja, en…” eigenlijk helemaal niet zo een best idee is, omdat het zich in de praktijk wel erg vaak vertaalt in: “eh ja, hoor, ik heb gehoord wat je hebt gezegd, maar nu moet ik snel zelf wat verzinnen, want nu moet ik immers iets toevoegen”. Kortom, dat je van “ja, en” nogal makkelijk in je hoofd raakt. Terwijl als je uitgaat van “JA!!!” – en alleen maar “JA!!!” – die “en” vanzelf ontstaat omdat die voortvloeit uit wat er vanzelf ontstaat. Door volledig mee te gaan in een aanbod wordt vanzelf je fantasie en je creativiteit gestimuleerd. De energie wordt veel positiever en daardoor wordt de toch altijd aanwezige podiumangst die je in het hoofd brengt, weer veel makkelijker overwonnen en voeg je volkomen vanzelf weer nieuwe aanboden toe. “Ja, en” bouwt verhalen, “JA!” bouwt magie. (Na twee uur trainen op nota bene “handen door/handje pandje” met mijn vergevorderde lesgroep om dit idee in de praktijk te brengen waren we allemaal overtuigd van de waarheid ervan… en wilde de groep per se de volgende week weer “handen door” doen!)
Of dat ze ons er op wees dat “laat je medespeler stralen”, in de praktijk, in de meeste landen (Nederland inclusief), slechts een tegeltje aan de wand is, terwijl het de grondslag zou moeten zijn van waar alle improregels, -technieken en -ideeën als vanzelf uit voortkomen.
Of toen ze me dwars door mijn grootste podiumangsten heen trok op die wrede manier die zo veel opleverde, ook in mijn persoonlijke leven.
Of toen ze eindeloos vertelde over de oude Griek op Corfu die ze ontmoette op haar vrije dag, die nooit van het eiland was afgeweest, waardoor ze mateloos gefascineerd was.
Of gewoon de open blik van Patti, de blik die ze altijd lijkt te hebben, die alles om zich heen met zoveel warmte en positiviteit lijkt te absorberen.
De blik van een echte improspeler.
Mijn beste herinnering aan Patti is een feedback die ze me ooit gaf en me enorm geholpen heeft: “It’s only pretendy-world, if you play a bastard/ criminal be the best possible bastaard. Everybody knows it’s not You’ ! Voor iedereen die de kans krijgt om met haar te werken: niet twijfelen, DOEN!
Ook een leuke van Patti geleerd: ‘Again!’. De lol om bij een vastlopende een-woord-per-keer oefening je handen ten hemel te heffen en vol enthousiasme ‘Again!’ te roepen, en een nieuw verhaal te beginnen. Zo speels en tegelijkertijd zo constructief. Want je roept het niet alleen als je zelf niet meer happy bent, maar ook als je ziet dat je medespeler geen goeie tijd heeft. Dat is pas echt de ander laten stralen…
Het goede inzien van prut Impro . I like her terwijl ik haar nog nooit gezien heb