Als mannelijke improvisatiedocent (en bovendien lid van zo ongeveer geen enkele minderheid) ben ik misschien niet de meest voor de hand liggende persoon om wat te schrijven over emancipatie. Maar in mijn lessen zie ik regelmatig patronen terugkomen die daar toch aanleiding toe geven. Daarom in deze blog mijn observaties en een oproep om aan improspelers en -docenten om er wat bewuster mee om te gaan.
Improspeler in musicalland
“Alwéér een acteur die zo nodig moet gaan presenteren”. “Denkt die presentator nu óók te kunnen schrijven?” Niet iedereen is meteen enthousiast als iemand een uitstap maakt naar een andere kunstvorm. ‘Schoenmaker blijf bij uw leest’ lijkt het devies. Geldt hetzelfde voor een overstap van de ene theaterdiscispline naar de andere? Een improspeler die in een musical gaat spelen: kan dat zomaar? Ik doe dat dit seizoen wel.
De uitdaging als uitdaging
Toen ik vorig jaar op het NTT als rechter vele wedstrijden achter elkaar zag, viel het me op hoe moeilijk het toch steeds weer bleek te zijn om een goede uitdaging neer te zetten. De uitdaging is weliswaar een vaste waarde in een theatersport-wedstrijd, maar wat maakt een uitdaging nu precies zinvol of bruikbaar?
Improvisatie: vreemde eend in de theaterbijt
Wat voor doorgewinterde improvisatie-spelers en -liefhebbers heel normaal is, is dat niet voor bezoekers, theatermakers en programmeurs zonder die ervaring. Dat lijken ‘we’ wel eens te vergeten, maar het is belangrijk om je te realiseren als je buiten het impro-wereldje wilt optreden. Dat merkte Het Gevolg in het DeLaMar Theater.
Zo geef je effectieve feedback
Hoe gaat jouw improvisatie-groep om met het geven van feedback aan elkaar? En hoe begeleid je dit als docent? Dit vroeg ik me af nadat ik dit een aantal keer van afstand behoorlijk mis zag gaan. Daarom in deze blog: tips voor effectieve feedback.